Een ‘katholieke haastklus’?

Een ‘katholieke haastklus’?

In het verleden is de passieserie van Adriaen van de Velde (1636-1672) meerdere malen negatief beoordeeld. Volgens critici voegen de schilderijen niets toe aan het oeuvre van de schilder en zijn zij zelfs een stijlbreuk met zijn andere werk. Ook is het verbazingwekkend dat de figuren met zo weinig kwaliteit en stilistische consistentie zijn uitgewerkt. De kracht van de schilder lijkt niet te liggen in dit monumentale Bijbelse genre, waarin alle aandacht uitgaat naar de prominent aanwezige figuren. De serie is weggezet als een zeventiende-eeuwse ‘katholieke haastklus’.

Zou Adriaen van de Velde, een succesvol en bekend landschapsschilder, zijn opdracht voor huiskerk Het Hart hebben afgeraffeld en schilderijen van een mindere kwaliteit hebben afgeleverd? Moeten we het antwoord op deze vraag zoeken in zijn persoonlijke levenssfeer? Bijvoorbeeld omdat hij zich als protestant niet betrokken voelt bij de katholieke huiskerk. Krijgt hij misschien te weinig betaald van opdrachtgeefster Sybilla Fonteijn? Was hij ziek? Amsterdam wordt in 1664 immers getroffen door de pest. Heeft hij zijn leerlingen laten meewerken? Oud-conservator Robert Schillemans heeft jarenlang onderzoek gedaan naar de schilder en zijn religieuze werk en concludeert dat deze argumenten geen hout snijden.

Adriaen groeit op in een protestants gezin. Op 30 november 1636 wordt hij in Amsterdam gedoopt in de gereformeerde Oude Kerk. Zijn vader en broer vervaardigen maritieme schilderijen, maar hij specialiseert zich in landschappen met vee en schildert daarnaast passiestukken voor katholieke huiskerken. In 1657 trouwt hij met de katholieke Maria Pieters Ouderkerck (ca. 1638-1684). Er is geen sprake van een gemengd huwelijk. Alles wijst erop dat Adriaen zich uit overtuiging tot het katholicisme heeft bekeerd. Het huwelijk vindt namelijk niet in de gereformeerde kerk plaats, maar wordt ‘voor de pui’ afgekondigd en door schepenen gesloten. Alle zeven kinderen van Adriaen en Maria worden katholiek gedoopt. Drie dochters, Eva, Sara en Aleida, worden gedoopt in huiskerk Het Hart (nu Museum Ons’ Lieve Heer op Solder), waar de Augustijner priester Petrus Parmentier de mis opdraagt. Maria Sybilla Fonteijn is een van de 20 geestelijke geestelijke dochters die Parmentier bijstaan in het dagelijks reilen en zeilen van de huiskerk. Het lijkt aannemelijk dat de opdracht voor het schilderen van de passieserie voor Adriaen een serieuze zaak is, waar hij tijd en moeite in investeert. Hij is immers katholiek geworden, gaat ter kerke in Het Hart en kent de opdrachtgeefster en de priester die de schilderijen ten geschenke krijgt.

Het vermoeden dat de beloning voor het schilderen van vijf schilderijen van het formaat 92 x 140 cm niet voldoende zou zijn geweest, lijkt niet gegrond. Adriaen ontvangt voor elk schilderij 50 gulden. Bij elkaar opgeteld is dat meer dan het jaarloon van een ambachtsman in die tijd. De prijs loopt ook niet uit de pas met de bedragen die schilders van hetzelfde niveau ontvangen. Sybilla Fonteijn, de opdrachtgeefster, komt uit een welgestelde en vooraanstaande familie. Haar overgrootvader Joost Buyck (1505-1588) was de laatste katholieke burgemeester van Amsterdam. Ze beschikt over een aanzienlijk vermogen en woont op het Begijnhof, waar ze een eigen dienstbode heeft. Als het bedrag van 50 gulden per schilderij niet voldoende zou zijn geweest, is het goed denkbaar dat Sybilla de prijs zou hebben verhoogd. Het is ook niet ondenkbaar dat het naar ieders tevredenheid om een vriendenprijs gaat.

[Het verhaal gaat verder onder de afbeelding.]

Detail uit De geseling na restauratie.

Dat Adriaen staat voor de kwaliteit die hij levert, blijkt ook uit het feit dat hij zijn schilderijen heeft gesigneerd. Rechts op De geseling heeft hij zijn naam zelfs groot uitgeschreven. Als er al leerlingen hebben meegewerkt -omdat hij ziek is of omdat de serie voor Pasen af moet zijn- dan zullen zij dat naar tevredenheid van de meester hebben gedaan. In 1664 schildert Adriaen, naast de passieserie, nog meerdere kleine en grotere schilderijen en maakt een aantal tekeningen van goede kwaliteit. Niets wijst erop dat de 28-jarige schilder zou zijn getroffen door de pest, die ruim 20.000 slachtoffers maakt onder de veelal arme bevolking van Amsterdam.

Het raadsel waarom de passieserie zo verschilt van het overige werk van Adriaen van de Velde is nog niet opgelost. Aan de omstandigheden in zijn persoonlijke levenssfeer kan het niet liggen. Onderzoek naar de opdrachtgevers en de inhoud van de opdracht kan nieuwe inzichten opleveren. Wie bepaalde de thematiek van de schilderijen? Wat wordt er precies verbeeld? Waren er voorbeelden of moest de schilder een nieuwe beeldtaal ontwikkelen?

Bronnen

Boers, Th., ‘De missionaris Petrus Parmentier (1601-1681) en zijn geestelijke dochters’, in: Jaarboek van het genootschap Amstelodamum 103 (2011) pp. 70-97.

Boers, Th., ‘De onvermoeibare Petrus Parmentier’, in: Ons’ Lieve Heer op Solder, Museum Ons’ Lieve Heer op Solder, Amsterdam 2015, pp. 53-71.

Eck, X. van, ‘Petrus Parmentiers posthume portret en de altaarstukken voor ‘Het Hert’ en ‘De Ster’, in: Bulletin, Stichting Vrienden van Museum Amstelkring / Ons’ Lieve Heer op Solder 20 (november 2001) pp.10-12.

Kruk, B. van der, ‘Restauratie Adriaen van de Velde. Met raadsels omgeven’, [interview met Robert Schillemans], in: ’t Haantje 54 (zomer 2020) pp.7-10.

Schillemans, R., ‘Christus in de Hof van Gethsemane’ van Adriaen van de Velde’, in: Bulletin, Stichting Vrienden van Museum Amstelkring / Ons’ Lieve Heer op Solder 19 (november 2000) pp.13-17.

Schillemans, R., ‘Terug op Solder. De vijf passiescènes van Adriaen van de Velde’, in: ’t Haantje 29 (voorjaar 2007) pp.4-11.

Schillemans, R., ‘Adriaen van de Velde en zijn passieserie voor ‘het Hart’ (1664)’, ongepubliceerd onderzoeksverslag (2019), Archief Museum Ons’ Lieve Heer op Solder.

Soestbergen, A. van, ‘Goede Vrijdag in de St. Augustinusparochie in Amsterdam Noord’, in: ’t Haantje 29 (voorjaar 2007) pp.12-13.

PARTNERS & SPONSOREN • Amsterdams Fonds voor de Kunst • Kickstart Cultuur Fonds • Fonds 21 • Katholieke Stichting ter Bevordering van Welzijnswerk • Vereniging Rembrandt • Unesco • Nieuw Leven Facility Groep • VTW Amsterdam • Prins Bernhard Cultuurfonds • VSB-fonds • Gemeente Amsterdam • C.S. Oolgaardtstichting •